Brand


Dit moet je direct doen

  • Waarschuw je huisgenoten.
  • Verlaat via de kortste weg de woning.
  • Houd deuren en ramen gesloten en sluit deuren achter je.
  • Blijf bij rookontwikkeling dicht bij de vloer.
  • Controleer of iedereen buiten is.
  • Bel 112 en geef je naam en volledige adres.
  • Wacht op de brandweer en meld bijzonderheden.

Zo bereid je je voor

  • Hang rookmelders op elke verdieping en test ze maandelijks.
  • Sluit binnendeuren voor je gaat slapen; zo blijft rook langer weg uit slaapkamers.
  • Maak een vluchtplan en oefen dit ieder jaar.
  • Houd gangen, trap en balkon vrij van obstakels.
  • Leg brandblusser en blusdeken in keuken of meterkast.

Na het incident

  • Ventileer als de rook weg is.
  • Veeg roetdeeltjes buiten weg met warm water en zeep; draag handschoenen.
  • Was direct huid of kleding die met roet in aanraking kwamen.
  • Controleer en vervang batterijen van rookmelders.
  • Maak foto’s van schade en meld die bij je verzekeraar.
  • Neem bij benauwdheid of hoestklachten contact op met je huisarts.
  • Gooi uit de moestuin groenten, fruit of kruiden weg als er roetresten op zitten.

Wat doen hulpdiensten en partners?

De brandweer blust het vuur, voert metingen uit en controleert op giftige stoffen. Politie zorgt voor wegafsluitingen en veiligheid in de omgeving. Ambulancediensten behandelen gewonden. Gemeente en GGD geven nazorg en schoonmaakadvies. Netbeheerder sluit gas en stroom af als dat nodig is.

Hulp & contact

Bel 112 bij direct en acuut gevaar.

Meer weten